Een vlinderstruik (Buddleja) trekt heel veel vlinders aan in de zomer.
Wist je dat een vlinderstruik heel makkelijk te vermeerderen is?
Dit doe je door je vlinderstruik te stekken.
Ofwel een tak afsnoeien en deze oppotten, om vervolgens wortel te schieten en uit te groeien tot een mooi nieuw vlinderstruikje. Dit kan vanaf het voorjaar, tot begin najaar.
- Een vlinderstruik stekken kan het makkelijkst door je snoeiafval te gebruiken. De verhoute of houtige scheuten zijn ideaal.
- Snoei lange uitlopers van je vlinderstruik en knip deze in stekjes van zo’n 15-30cm.
- Verwijder de onderste blaadjes en neem bloemtrossen weg. Behoud een aantal blaadjes aan de bovenkant van elke stek.
- Plaats één of meerdere stekjes in een potje met voedselarme grond. Gebruik bijvoorbeeld een mix van zand en een beetje potgrond. Vlinderstruik stekjes kan je zelfs gewoon in de aarde/ border zetten, maar vaak slaan er dan wel iets minder aan. Kies een plek in de (half)schaduw.
- Geef de stekjes iedere dag water. Na een aantal weken zullen de meeste stekjes wortel schieten.
- Als de wortels onderuit het potje komen, zet je de plantjes over naar een pot met voedzamere grond, zodat jouw vlinderstruikje goed gaat groeien. Blijf regelmatig water geven.
- Zodra de vlinderstruik meerdere vertakkingen heeft en goede groei vertoont, kan je de Buddleja overzetten naar de gewensten plek. Bijvoorbeeld een zonnig plek in je border.
Zo heb je binnen aanzienlijke tijd nieuwe vlinderstruiken en trek je (nog) meer vlinders naar je tuin!